Regio De Venen

Onder deze regio vallen De Ronde Venen (Vinkeveen, Mijdrecht, Wilnis, Waverveen, excl. Abcoude), Woerden (ten noorden van Oude Rijn: Zegveld, Kamerik) en Kockengen (gem. Stichtse Vecht).

Het Utrechts-Hollands veengebied is het grootste gebied met aaneengesloten veenontginningen van Europa. Tot de middeleeuwse ontginningen was het veengebied ontoegankelijk en vrijwel onbewoond. Na 1300, toen de ontginningen in het gebied voltooid waren, werd er gewerkt aan betere vaarwegen voor de export van kaas, turf en baksteen. Deze export vind nog steeds plaats. De laatste baksteenfabriek uit de provincie staat namelijk in Woerden. De enige plaats in De Venen, overigens, die stadsrechten heeft gehad.

In het gebied de Venen, dat het onderdeel van het veengebied in Utrecht beslaat, werd al vanaf de middeleeuwen turf gewonnen. Toen Amsterdam in de 16de eeuw steeds welvarender werd, groeide de vraag naar turf. Hierdoor zijn veel sloten, legakkers en petgaten ontstaan.

Regio De Venen heeft veel te lijden gehad onder Rampjaar 1672. De streek was het voornaamste strijdtoneel. Hier werd het de Fransen moeilijk gemaakt. De bevolking heeft dat geweten. Zo werd Waverveen geplunderd en ook Abcoude heeft het zwaar te verduren gehad.

Veel natuur is er tegenwoordig te vinden rondom De Kromme Mijdrecht en Vinkeveen. Deze werden namelijk niet drooggelegd. Wel is er tussen 1957 en 1976 ongeveer 40 miljoen kubieke meter zand gewonnen voor bouwprojecten in Amsterdam. Die gebeurtenis heeft nogal wat voeten in de aarde gehad voor de omgeving.

Bron

Roland Blijdenstijn (2005). Tastbare Tijd, cultuurhistorische atlas van de provincie Utrecht - Provincie Utrecht.