Amersfoort aan zee
Amersfoort dankt haar ontstaan en naam aan een doorwaadbare plaats (voorde) in rivier de Eem, die vroeger ook wel Amer werd genoemd. De Eem wordt gevoed door beken die op de Veluwe ontspringen, zoals de Heiligenbergerbeek, de Barneveldse beek en de Lunterse beek. De rivier begint officieel bij de Koppelpoort en eindigt 18 kilometer verderop in het Eemmeer. Voorheen was daar de Zuiderzee.
De Amersfoortse haven stond in directe verbinding met de Zuiderzee. De ligging aan zee bracht handel voort in bier en textiel en later ook turf en tabak. Textielnijverheid was vanaf de middeleeuwen een belangrijke inkomstenbron voor de inwoners van Amersfoort. Door de aanwezigheid van behoorlijk zuiver en zacht water in Amersfoort, waren er perfecte omstandigheden om bier te brouwen. Zeker in vergelijking met andere steden in die tijd. Het heldere water uit de beken bereikte via de grachten de brouwerijen. Het Amersfoortse bier was zeer gewild en vond via de Eem en de Zuiderzee een afzetmarkt tot in Holland en Friesland. Vanaf 1873 werden artesische putten geslagen en was er helder bronwater in overvloed om bier van te brouwen.