Anna Maria van Schurman was de wereld te slim af
Anna Maria van Schurman was in 1636 de eerste vrouw die colleges volgde in Nederland. Dat doet ze ruim tweehonderd jaar eerder dan Aletta Jacobs. Niet met medestudenten, maar verstopt achter een gordijn in een nis. Deze alternatieve manier om colleges te volgen aan de Universiteit Utrecht was niet haar enige bron om kennis op te doen. Sterker nog, ze onderhield contact met geleerden, kunstenaars en schrijvers uit heel Europa. Haar talent viel op; Anna Maria van Schurman werd een beroemdheid.
Het grootste deel van haar leven bracht Anna Maria door in Utrecht. Met haar ouders en broers woonde ze onder meer aan het Domkerkhof. Een gevelsteen in het pand Achter de Dom 8 herinnert aan hun tijd in Utrecht. In dat huis werden in eerste instantie alleen haar broers onderwezen door hun vader omdat er nog geen universiteit in de stad was. De leergierige Anna Maria schoof uiteindelijk ook aan. Van haar vader leerde ze verschillende talen en kreeg belangstelling voor theologie, geschiedenis, aardrijkskunde en wiskunde. Ook kunst interesseerde haar, ze schreef gedichten, maakte papierknipsels en tekende portretten. Een in pastel gemaakt zelfportret uit 1640 is voor zover bekend de eerste pasteltekening uit Noord-Nederland.
De bijbel als drijfveer
Anna Maria legde zelf contact met mensen die haar inspireerden. Zo schreef ze in 1631 bijvoorbeeld met theoloog André Rivet. Dat contact resulteerde in 1638 in een betoog over waarom vrouwen bij uitstek toegerust zijn om wetenschap te beoefenen. Drijfveer voor het opdoen van kennis was voor Anna Maria het leren begrijpen van de bijbel. Om die reden maakte ze zich maar liefst veertien verschillende talen eigen. Waaronder Hebreeuws, Chaldeeuws, Arabisch, Syrisch en Ethiopisch.