Bisschop Bernold en het kerkenkruis van Utrecht

4 min

Het is 1039. De Duitse keizer Koenraad II bezoekt Utrecht, maar komt in de stad te overlijden. Deze droeve gebeurtenis geeft, denken historici, de aanzet tot de bouw van het Utrechtse kerkenkruis. Een ingrijpend project komt op gang waarvan het resultaat tien eeuwen later nog altijd zichtbaar is in de stad.

De ingewanden van de keizer van het heilige Romeinse Rijk werden begraven in de voorloper van de huidige Domkerk. Daarmee kreeg die kerk, en in het kielzog de stad, een hoge status in het keizerrijk. Zo leverde het Utrecht veel geld op dankzij de steun van Koenraads’ zoon, keizer Hendrik III, die veel land schonk aan de Utrechtse kerk. Graafschappen als Drenthe en Hamaland kwamen in Utrechtse handen. Dat bracht veel geld in het laadje en bood de toenmalige bisschop Bernold de mogelijkheid om in Utrecht nieuwe kerken te bouwen.

Het kerkenkruis

Er kwamen vier kerken bij, die tezamen een kruis vormden: het kerkenkruis. Was dat toeval of zat er een idee achter? Dat is nog steeds een onderwerp van discussie onder historici.

Het Utrechtse kerkenkruis bestond uit de Janskerk in het noorden, de Pieterskerk in het oosten, de Pauluskerk in het zuiden en de Mariakerk in het westen. Het kerkenkruis versterkte daarmee het belang van de precies in het midden gelegen kerk: de Dom met de keizerlijke relikwieën. De bouw ging voortvarend van start en binnen een aantal jaren werd het stadsbeeld verrijkt met de Janskerk en de Pieterskerk. De Pauluskerk volgde in 1050. Bisschop Bernold maakte de voltooiing van zijn levenswerk echter niet mee. Dat kwam doordat de bouw van de Mariakerk vertraging opliep en pas tegen het einde van de 11de eeuw begon.

Het kerkenkruis nu

De Janskerk en de Pieterskerk nemen in het Utrecht van nu nog steeds hun plaats in. De andere twee kerken zijn in de 18de en 19de eeuw gesloopt, maar dat betekent niet dat ze helemaal uit het stadsbeeld zijn verdwenen. Van de Pauluskerk en de Paulusabdij zijn restanten te vinden in en rondom het voormalige rechtbankgebouw aan de Hamburgerstraat. Loop vanaf de Nieuwegracht de Hofpoort door en je ziet een hoge muur met tufstenen delen: het is een overgebleven muur van de Pauluskerk. Die kerk is opgenomen in het gebouw waarin nu het Utrecht Archief is gevestigd.

De contouren van de Mariakerk zijn terug te vinden in het plaveisel van de Mariaplaats. Op muurkunst is te zien hoe de kerk er van buiten en van binnen heeft uitgezien. Ook het pandhof van de Mariakerk bestaat nog steeds. De kruidentuin wordt door de buurt onderhouden. Ten slotte zijn resten van het koor van de kerk te zien in een gang van het Conservatorium.

Bronnen en meer lezen

- Bekijk ook de Canon van de stad Utrecht voor meer informatie over dit onderwerp en andere hoogtepunten uit de geschiedenis van de stad.
- Lees het verhaal, Het grote plan van Bernold, op de website van het Utrechts Archief.

Geschreven door Geert Voskamp Geert is lid van het Schrijfteam van UtrechtAltijd

Extra info