De Bilt: Opstand in de Nieuwstraat

6 min

Op 19 juli 1975 bracht Jan Schaefer, staatssecretaris van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, een bezoek aan De Bilt. Met spandoeken wachtten de bewoners van de Nieuwstraat de staatssecretaris, het actiecomité en B&W op. Veel bewoners waren tegen het plan om een groot deel van de Nieuwstraat en omgeving te herindelen en te saneren. Het conflict liep hoog op. De bewoners hoopten dat de staatssecretaris hun kant zou kiezen.

De Nieuwstraat werd rond 1900 aangelegd en was van oudsher een straat met veel bedrijvigheid: arbeiderswoningen, veel kleine bedrijfjes en enkele grote zoals de Melkcentrale en het gasbedrijf met twee grote gascontainers. Parallel aan de Nieuwstraat liep de Hessenweg. Deze straat was begin jaren zestig door de gemeenteraad tot hoofdwinkelcentrum aangewezen. Voor het naastliggende gebied, de Nieuwstraat en omliggende straten, werd een toekomstvisie ontwikkeld. Een onderzoek in opdracht van de gemeente had uitgewezen dat veel woningen in slechte staat verkeerden. Vooral de woningen die via de verhuur aangeboden werden, waren slecht onderhouden. De huurprijzen waren dan ook laag. Slechts enkele guldens per week.

Ingrijpende vernieuwing woningbouw

B&W wilden vooral parkeerplaatsen voor het winkelend publiek van de Hessenweg en voldoende klanten in de directe omgeving. Men wilde 160 bestaande woningen afbreken en vervangen door nieuwbouw. Een plan uit 1968 met voornamelijk hoogbouw was in een informele raadsvergadering ter zijde gelegd. In een nieuw bestemmingsplan bleef de hogere bebouwing beperkt tot de Burgemeester de Withstraat. De woningen aan weerszijden van de Nieuwstraat en een deel van woonblokken aan de kop van de Torenstraat wilde de gemeente vervangen. Beide straten zouden ook niet meer uitmonden in de Burgemeester de Withstraat.

Ruimte voor de auto

Bestaande bedrijfjes moesten verhuizen, bij voorkeur naar de nieuwbouw aan de Burgemeester de Withstraat. Ook wilde men ruimte geven aan het autoverkeer, want de oude smalle straten waren niet toegerust voor het toenemend aantal auto’s. Er moesten dus bredere straten komen en meer parkeergelegenheid voor de bewoners. Voor bezoekers van de Hessenweg werd een parkeerterrein voor 130 auto’s gepland.

Sanering Jodendom

Het was niet de eerste keer dat de gemeente een hele wijk had opgedoekt (of gesaneerd, zoals men het liever noemde). Tussen 1968 en 1971 waren 47 gezinnen vanuit het Jodendom in Bilthoven naar elders verhuisd (voornamelijk De Leijen). De gemeente meende voldoende ervaring te hebben om ook de bewoners van de Nieuwstraat e.o. van dienst te zijn door het toewijzen van bestaande woningen in lagere huurklassen, het bouwen van goedkopere woningen en het verlenen van huursubsidies.

Misrekening gemeente

Wat de gemeente zich onvoldoende realiseerde, was dat de meeste woningen in het Jodendom gemeente-eigendom waren en de meeste particuliere woningen al jaren onbewoonbaar waren verklaard. In de Nieuwstraat waren de woningen eigendom van particulieren. Sinds de jaren zestig was de gemeente al bezig met het opkopen van deze woningen, maar het actiecomité vreesde terecht dat het nog jaren kon duren voordat alle gewenste woningen in handen van de gemeente zouden komen en dat in de tussentijd het gebied zou verloederen door gedeeltelijke leegstand vanwege het vertrek van bewoners. Ook de herhuisvesting zou problemen opleveren, want waren woningen van hetzelfde prijsniveau wel voorradig? Men pleitte voor een procesmatige aanpak waarbij de bestaande stedenbouwkundige structuur behouden zou blijven.

Men pleitte voor een procesmatige aanpak waarbij de bestaande stedenbouwkundige structuur behouden zou blijven

Bezoek staatssecretaris

Met het bezoek van Jan Schaefer, staatssecretaris van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, op 19 juli 1975 leken de partijen aanvankelijk naar elkaar toe te groeien. De bewoners hoopten weliswaar dat de staatssecretaris hun kant zou kiezen, maar hij presenteerde zich vooral als vredesstichter. Er waren fouten gemaakt, maar overleg en luisteren naar elkaar waren belangrijk. Niet hij, maar de gemeenteraad moest over de toekomst van het gebied beslissen. Zoals het hoort in een democratie. Het Landelijk Ombudsteam Stadsvernieuwing (LOS) werd op advies van Schaefer door het Actiecomité ingeschakeld en de gemeente gaf aan mee te willen werken. Maar in het Utrechts Nieuwsblad van 2 oktober 1975 verklaarde het LOS dat de gemeente nauwelijks bereid was tot overleg.

Plannen aangepast

En zo sudderde de zaak nog enige tijd voort. Uiteindelijk bleek dat het niet haalbaar was om de gehele Nieuwstraat op te kopen en beperkte de gemeente zich met een nieuw plan tot het zuidelijke deel van de Nieuwstraat. Diverse bewoners in dit deel van de straat hadden ook duidelijk aangegeven graag een van de nieuwe woningen te willen kopen of huren. Op 22 september 1978 begon de sloop van het zuidwestelijke deel van de Nieuwstraat.

Geschreven door Ellen Drees RHC Vecht en Venen

Aanvullende informatie