De duivel aan de Oudegracht van Utrecht

4 min

In oeroude tijden hadden de duivel en zijn knecht de liefhebberij om met een grote steen kaatsbal te spelen. De een stond op de Vollersbrug, de ander op de Geertebrug in Utrecht en ze gooiden, een versje schreeuwend, de steen naar elkaar toe. Dit ging wel eens mis, met veel lawaai, gevloek en schade tot gevolg.

Dit kon zo niet langer. De omwonenden besloten een priester en een smid in te schakelen: de steen werd "gesloten", dat wil zeggen aan de ketting gelegd, en door een priester gezegend. Toen de duivel daarna de steen probeerde op te pakken, is hij verdwenen in het zwarte kolkende water van de gracht. Maar zijn invloed is niet verdwenen: als je met volle maan om middernacht in de steen prikt, dan gaat hij bloeden! Vandaar dat er op de hoek van de Oudegracht 364 en de Eligenhof een kei aan twee stevige kettingen aan het hoekhuis "De gesloten steen" vastligt. 

Als je met volle maan om middernacht in de steen prikt, dan gaat hij bloeden.

Maar wat is er nou echt gebeurd?

Tot zover de legende. In Utrecht zijn er meerdere zwerfkeien te vinden. De "gesloten steen", die al in een schepenbrief van 1520 wordt vermeld, is waarschijnlijk daar gelegd om het hoekhuis tegen vrachtverkeer te beschermen, als "schampsteen". Dit was voor hoekhuizen gebruikelijk omdat er nog geen trottoirs waren. Maar dit verklaart nog niet, waarom hij aan de ketting ligt.

Een reden hiervoor staat onder meer in de Utrechtsche Volksalmanak van 1837: De thans "gesloten steen" diende vroeger als grensteken tussen twee buurten. De steen werd vaak verplaatst, dan weer eens op de Geertebrug en dan weer eens op de Volderbrug. Dit gaf aanleiding tot twisten en "volks woelingen". Dergelijke verplaatsing geschiedde met boos oogmerk; geen wonder dus dat de goegemeente beweerde dat de Booze de hand in 't spel had. Tenslotte kregen de buurtbewoners er genoeg van en legden ze de steen aan twee kettingen. Nog andere verklaringen spreken van een Germaanse offersteen of een Romeinse grenssteen.

Sigarenfabriek Peletier

Het gebouw waaraan de kei verankerd is, heet "De gesloten steen". Hier begon in 1844 Ribbius Peletier zijn tabaks- en sigarenfabriek. De fabriek groeide uit tot een van de grootste van Nederland. De sigarenfabriek Peletier exporteerde exclusieve sigaren naar vele landen. Het bedrijf telde meer dan 400 medewerkers. Er werkten 70 vrouwen in een speciale vrouwenfabriek. Veel van die vrouwen woonden in de Zeven Steegjes, een rooms-katholieke arbeidersbuurt. In 1934 is de onderneming NV Koninklijke Tabak- en Sigarenfabriek Peletier gestopt. 

Oudegracht 364 is een rijksmonument en in 2016 omgebouwd tot wooneenheden.

Geschreven door IJbeling Hartog Schrijfteam UtrechtAltijd Ontdek alle verhalen van deze schrijver

Bronnen

Willem de Blécourt (samenst.), Volksverhalen uit Utrecht en het Gooi, Utrecht, Spectrum, 1979, p. 219. 

Muller, Oud-Utrechtse vertellingen, Utrecht, C.H.E. Breijer, 1904, p. 47.

Algemeen Handelsblad 6-9-1885 “Uit de Oude Doos. De Duivelssteen te Utrecht”.

Algemeen Handelsblad 30-1-1942 “Van Overal Utrecht in de Middeleeuwen".

Aanvullende informatie