Utrechtse kastelen en buitenplaatsen

De Verdwenen Kastelen van Baarn - Huis ter Eem

4min

Baarn en omgeving kent een hele hoop kastelen, maar het aantal kastelen dat is verdwenen is misschien wel net zo groot. Vaak zijn er nog best wat restanten van de kastelen te vinden in het landschap. In deze driedelige serie lichten we een aantal van deze kastelen uit. In dit verhaal: Huis ter Eem.

In 1347 of 1348 geeft Jan van Arkel, Bisschop van Utrecht, zijn plaatsvervanger Zweder van Uterlo, kanunnik van het domkapittel, opdracht kasteel Ter Eem te bouwen. Omdat de bisschop zelf in het Oversticht (Vollenhove) verblijft schiet Zweder de bouwkosten van 3.000 gouden schilden voor. Als de bisschop na een jaar terugkomt weigert Zweder het kasteel over te dragen. Pas als met behulp van de stad Utrecht het kasteel wordt belegerd draagt Zweder het kasteel over aan de bisschop, die belooft om de bouwkosten terug te betalen.

Het kasteel

De bisschop laat het kasteel hier bouwen omdat het een kruispunt is van wegen die hier de Eem op een doorwaadbare plek oversteken. Ook is de plek van het kasteel gunstig gelegen omdat de bisschop van Utrecht regelmatig in oorlog is met de graaf van Holland. Of het hier herbouw of nieuwbouw van het kasteel betreft is niet bekend, wel is er in 1252 ook al sprake van een “Huis ter Eem”.

Middelpunt van strijd

In de loop der eeuwen is het kasteel middelpunt van belegeringen en overnames door diverse partijen. In 1527, als de bisschop van Utrecht zijn wereldlijke macht aan Keizer Karel V moet overdragen, ziet de hertog van Gelre zijn kans het kasteel te veroveren. Zijn legeraanvoerder Maarten van Rossum brandt het naastgelegen dorp, dat vanaf 1300 Eembrugge wordt genoemd, plat. Hij dwingt de bewoners hun dorp naar de overzijde van De Eem te verplaatsen, waar het nu nog steeds ligt.

80-jarige oorlog

Tijdens de 80-jarige oorlog wordt het kasteel door de Spanjaarden onder bevelvoerder Montecuculi belegerd door een legermacht van 1500 manschappen, drie compagnieën ruiters en vier kanonnen. De kastelein verdedigt het kasteel met zijn gezin en enkele knechten. Door helmen en mutsen op staken boven de muren te laten zien en af en toe een schot te lossen wekt hij de indruk dat er een flinke verdediging aanwezig is. Hij eist vrije aftocht en lijfsbehoud voor de verdedigers, wat hem wordt toegestaan. Montecuculi moet door medebevelhebbers aan zijn woord worden gehouden als hij ontdekt met hoe weinig mensen het kasteel tegenstand heeft geboden. De kastelein mag met zijn medebewoners naar Utrecht vertrekken, waar hij voor zijn heldhaftig optreden, van een goed pensioen wordt voorzien.

Verval en sloop

Aan het eind van de 17de eeuw verkeert het kasteel al in deplorabele staat en als het in 1702 voor de achtste keer in tweehonderd jaar wordt geteisterd door een overstroming blijft er weinig meer over dan een ruïne.

In 1706 besluiten de Staten van Utrecht de resten van het eens zo trotse kasteel voor sloop te verkopen.

 

Met dank aan de Historische Kring Baerne.

 

Geschreven door Hans Klijn

Extra info