Dijkbrieven van de Lekdijk
In het najaar van 1321 breekt de Lekdijk bij de Nieuwe Vaart in Vreeswijk, nu een deel van Nieuwegein. Niet alleen Utrecht maar ook een groot deel van Holland staat onder water en dat duurt tot maart 1322. Voor veel mensen betekent dat hongerlijden. Maar daar blijft het niet bij. Op 23 juni 1322 breekt de Lekdijk opnieuw door. En weer overstromen Utrecht en grote delen van Holland.
De schade is enorm. De monnik Willem Procurator schrijft in zijn kroniek dat de werfkelders van Utrecht onder water staan en dat kooplieden in een bootje door de kelders van wijnvat naar wijnvat varen. Dat klinkt grappig, maar hij schrijft ook dat het gewas is vernietigd en het vee van de akker verdreven. Huizen zijn ondergelopen en mensen zitten op de balken van het dak in afwachting van het moment dat het water gaat zakken. De Hollanders proberen zich te beschermen tegen het water door bij Zwammerdam een dam in de Rijn te leggen.