Dijkdoorbraak bij Veenendaal in 1855
De winter van 1854-1855 is ijskoud. De Rijn is bevroren en als het ijs begint te dooien, gaat het kruien. Met nog een overvloed aan smeltwater dreigt een dijkdoorbraak wat weer een overstroming tot gevolg zal hebben. Het Veenraadschap der Geldersche en Stichtse venen zet het dijkleger in, die de wacht houdt en voorzorgsmaatregelen neemt. Maar het mocht niet meer baten.
Op 5 maart 1855 weerklinkt het lokale noodsignaal: vier schoten. De Wageningse Grebbedijk breekt door en het gat is wel 150 meter breed! Met enorme kracht stroomt het water de Gelderse Vallei in. Bomen breken af en boerderijen zijn niet bestand tegen de sterke stroming. Al snel bereikt het water Veenendaal. In Veenendaal luidden de kerkklokken. Daar stijgt het water tot wel 3 meter. Alle huizen staan onder water, alleen de kerk op de markt blijft droog.