Bach in Utrecht. Een passie voor het USKO
Ieder jaar zingen en spelen in Nederland duizenden mensen de Matthäus Passion van Bach. Een traditie waar in het buitenland met verbazing naar wordt gekeken. De massaliteit waarmee het is omarmd is een betrekkelijk nieuw fenomeen.
Wie in de jaren ‘30 naar een uitvoering wilde kon bijvoorbeeld naar het Concertgebouworkest gaan luisteren, dat al sinds 1899 op Palmzondag de Matthäus Passion programmeerde. Een professioneel orkest vol mensen met een degelijke conservatoriumopleiding. Om zo’n stuk met een groepje amateurs uit te voeren, laat stáán studenten, dat kwam bij geen weldenkend mens op. Behalve bij musicoloog en dirigent Hans Brandts Buys. Eind jaren ‘30 ontstond bij hem het idee voor een studentenmuziekgezelschap dat tot de dag van vandaag in Utrecht floreert: het Utrechts Studenten Koor en Orkest (USKO).
Voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog was Brandts Buys actief als dirigent in de Utrechtse studentenwereld bij een ad hoc samengesteld groepje musicerende studenten. Maar hij had ambities voor een grootschaliger muziekgezelschap. Dit werd praktisch gedwarsboomd door de loyaliteit van mensen naar hun studentenverenigingen, die vaak zelf een muziekclubje hadden. Gaandeweg ziet hij dat in zijn muzikale droom tevens een sleutel verpakt zat voor een maatschappelijk ideaal. Muziek als middel om de verzuiling te doorbreken en mensen met elkaar te verbinden. Daar leek ruimte voor aan het einde van de oorlog.