Een varken voor Den Haag
In Utrecht werd vanaf de Middeleeuwen elk jaar op de laatste marktdag voor Sint Maarten een wedstrijd gehouden: welke boer kon het zwaarste mannetjesvarken (beer) leveren? De winnaar kreeg een extra bonus op de verkoopprijs. Het varken werd de Hofbeer genoemd omdat het aan het Hof van Holland in Den Haag werd geschonken. Waarom deed Utrecht dat? Was dit een cadeau of een belasting?
Het dier werd per schuit, onder geleide van een stadsbode, naar Den Haag vervoerd, waar het op de Binnenhof aan een paal werd gelegd om bewonderd te kunnen worden. Het varken werd vervolgens geslacht en in porties verdeeld. In 1604 kreeg Prins Maurits de kop, de president van het Hof van Holland twee porties en de andere hoogwaardigheidsbekleders één portie