Jachtvogels uit de Merovingische tijd
In de Vroege Middeleeuwen waren mensen omgeven door dieren. Niet alleen in hun directe leefomgeving, maar ook in de vorm van symboliek. Paarden, jachthonden, konijnen, zeepaardjes en nog veel meer. Je vindt deze dieren in afbeeldingen, kleding en sieraden uit die tijd. In deze aflevering van Vondst van de Schervendokter komen niet één maar vijf vogelfibulae (mantelspelden) uit de Merovingische tijd aan bod, allen gevonden in Houten. Hoe werden deze mantelspelden gedragen en wat was de symbolische betekenis achter deze sieraden? Vragen die beantwoord worden door archeoloog Alexander van de Bunt.
Vlak na de volksverhuizingen van 450-525 n.Chr. komen we terecht in het eerste tijdvak van de Vroege Middeleeuwen, de Merovingische periode 525-725 n.Chr. Archeologisch gezien is dit één van de rijkste periodes uit de Nederlandse geschiedenis. Aan de vooravond van het Christendom was het nog algemeen gebruik dat mensen werden begraven met sieraden, wapens en andere gebruiksvoorwerpen. Hierdoor weten we als archeologen vrij veel over de mode van deze tijd. Voordat we in het verhaal van de vogelfibulae van Houten duiken, reizen we eerst af naar het Merovingische grafveld van Rhenen.
Grafveld op de Donderberg
Sommige grafvelden in de Merovingische tijd zijn gigantisch en daarmee erg rijk. Het grafveld op de Donderberg bij Rhenen spant binnen Nederland wel echt de kroon, want daar zijn meer dan 1100 graven ontdekt. Daarnaast is dit grafveld ruim 4 eeuwen in gebruik geweest. Het Rhenese grafveld, dat vanaf het voorjaar van 1951 werd opgegraven, is tot op heden één van de belangrijkste plekken als het gaat om de beeldvorming van de samenleving in de Vroege Middeleeuwen. Wel moeten we er als archeologen altijd rekening mee houden dat objecten in het graf vaak te maken hebben met de beeldvorming en representatie in het grafritueel, wat niet per definitie hoeft te betekenen dat de desbetreffende persoon bij leven exact dezelfde voorwerpen droeg.
Zo weten we dat mannen vaak werden begraven met maar één mantelspeld (schijffibula), terwijl sommige dames werden begraven met meerdere fibulae. Mantelspelden zijn in Rhenen dus het vaakst in paren gevonden in vrouwengraven. Zo werd in graf 808 een vrouw aangetroffen met twee beugelfibula’s, twee vogelfibula’s en een ringfibula. De vogelfibulae lijken vaak gevonden te worden met andere spelden, waardoor wordt vermoed dat ze vooral werden gebruikt als een decoratieve toevoeging. Uit het grafveld van Rhenen kennen we 20 vogelfibulae.