Kleurrijk Utrecht: gastarbeiders en immigranten
Kleurrijk en multicultureel is de provincie Utrecht van oudsher al geweest. Utrecht ligt precies op een kruispunt van weg- en waterwegen, waardoor er al sinds de Romeinse tijd militairen, handelaren en gelukszoekers door het gebied heen trokken. Sommigen bleven en vestigden zich ter plaatse.
Veel immigranten kwamen als trekarbeiders naar Utrecht. In de 17de eeuw trokken seizoenarbeiders vanuit het oosten van Nederland en uit Duitsland naar het Utrechtse platteland. Zij hielpen mee met het onderhoud aan dijken en wegen, turfwinning en maaien en oogsten op de akkers. De meesten gingen aan het einde van de zomer weer huiswaarts, maar niet iedereen. Sommigen trouwden in Utrecht en gingen hier wonen. Anderen kregen een jaarcontract van de eigenaar van een buitenplaats. Na verloop van tijd kwamen er nieuwe immigranten naar vrijwel alle Utrechtse dorpen. Na het midden van de 19de eeuw werden alleen nog tijdelijke arbeiders aangetrokken voor speciale projecten. Een voorbeeld is het Centraal Station, dat in 1894 met behulp van Vlaamse arbeiders is gebouwd.