Mozart en de muzikale ezels uit Utrecht
In 1763 schrijft Leopold Mozart, de vader van de wereldberoemde componist Wolfgang Amadeus, in een brief: ‘… maar laat ik u één ding verzekeren: we gaan niet naar Holland. Wel twee of driehonderd dukaten kan ik daar verdienen, zo hoor ik van iedereen, maar ik besef maar al te goed dat het schrikbarend hoge kosten met zich mee zou brengen. En die Hollanders, het gewone volk, maar ook de rest, hebben weinig niveau.’ Op 21 april 1766 treden ze op in een zaal aan het Vredenburg.
Op 9 juni 1763 vertrekt Leopold per koets uit Salzburg, met zijn dochter Nannerl en zoon Wolfgang, dan al beroemd muzikant, voor een Europese tournee. Bestemming: Parijs en daarna Londen. Door de talenten van zijn kinderen aan de buitenlandse vorstenhuizen en adel te tonen, wil hij hun toekomst veilig stellen. Dankzij de grote successen die ze onderweg boeken, groeit de faam van Wolfgang en wil iedereen het wonderkind zien. Hierdoor loopt de reis qua tijd en route compleet anders dan gepland.