De Tweede Wereldoorlog in Utrecht

Op de puinhopen van de oorlog

5 min

Er is niet veel meer dat overeind staat: een deel van de schuur en een paar muurtjes. Op de puinhopen zitten kinderen in hun zondagse kleren. Wat is hier gebeurd?

 

Op 10 mei 1940 bevond de familie Van Eijden zich eensklaps midden in een oorlog! Ze moesten evacueren, net als alle andere mensen die tussen Rhenen en Spakenburg langs de Grebbelinie woonden. Al vanaf september waren er militairen gelegerd en was het gebied ten oosten van de Grebbelinie geïnundeerd (onder water gezet). De boerderijen Groot, Midden en Nieuw Hagenouw lagen naast elkaar aan een weggetje naast de Asschatterkeerkade, een dwarskade op de Grebbelinie. Gebouwd op een dekzandrug bleven de boerenerven droog. Op 10 mei 1940 kreeg vader Dorus van Eijden te horen dat hij met zijn vrouw en vijf kinderen naar Noord-Holland moest.

Evacueren

Moeder Anna stopte de noodzakelijkste dingen in kussenslopen. De kinderen trokken meerdere lagen kleding aan, ook hun zondagse goed. Moeder Anna voerde nog één keer de driehonderdzestig kuikens. Het grote varken kreeg voor een hele week meel dat vader Dorus bij het hek uitstrooide. De andere varkens liet hij los en hij strooide meel uit in het land. Het melkvee was weggevoerd, maar de rest van het vee, de kalveren, kuikens, varkens, biggen, maar ook de hond en de katten bleven achter.

Via Achterveld en Stoutenburg reed de familie door het uitgestorven Hamersveld naar Amersfoort. Het was een vreemde gewaarwording: alles was leeg en zo stil. Vanaf Station Amersfoort vertrok ieder uur een trein met groepen Amersfoorters, pas om zeven uur ’s avonds was de familie Van Eijden aan de beurt. De reis eindigde in De Rijp waar het gezin over drie adressen werd verdeeld.

Op 14 mei hoorden ze dat hun boerderij verbrand zou zijn. Later zou blijken dat dit op Tweede Pinksterdag door Nederlandse militairen is gebeurd. Al hun bezittingen, huisraad, meubels, antiek, waren in rook opgegaan. Het was 13 mei 1940, de dag dat het Nederlandse leger zich ’s avonds terugtrok van de Grebbelinie.

Moeder Anna voerde nog één keer de driehonderdzestig kuikens. Het grote varken kreeg voor een hele week meel dat vader Dorus bij het hek uitstrooide

Terugkeer

Op 21 mei keerde de familie terug. De verbrande boerderij bood een treurige aanblik. Het dikke varken had zich vermoedelijk dood gevreten aan het meel, het lag dood bij het hek. Het meeste vee was verbrand. Er liepen nog een paar kippen tussen de brokken puin en ook een paar varkens hadden het overleefd. Het land dat nu weer droog stond, zag zwart doordat het zo lang onder water had gestaan. Bovendien waren overal granaattrechters in het land. Het kippenhokje stond nog overeind, maar was doorzeefd met kogels.

De familie Van Eijden kreeg tijdelijk onderdak bij familie in de buurt. Het leven ging door en dus ook de communiefeesten. Deze foto maakte Heeroom De Goeij op de dag van de plechtige communie van Annie.

Wederopbouw

Na de Nederlandse capitulatie ging de wederopbouw snel van start. In afwachting van de herbouw werd een soldatenbarak in drie delen gesplitst als noodwoningen voor de drie families. Boerderijen kregen voorrang op burgerwoningen opdat de voedselproductie doorgang kon vinden. De drie Hagenouwboerderijen waren in 1941 alweer herbouwd.

Deze zogenaamde wederopbouwboerderijen kregen een gevelsteen in de muur, met een ontkroonde leeuw zonder pijlen, herrijzend uit de vlammen. 
In april 1945 lag het gebied weer in een frontlinie. In Leusden zijn toen weer boerderijen en huizen in brand gestoken, nu door de Duitsers. Ook de drie Hagenouwboerderijen zijn in april 1945 opnieuw vernield. Na de bevrijding is de boerderij weer opgebouwd.

José Huurdeman is auteur van Dorpen op drift, Leusden in de Grebbelinie 1939-1945. Een uitgave uit 2011 van Regioboek/BDU Boeken, Barneveld. Verkrijgbaar in hardcover en pocket, via josehuurdeman.nl.

Geschreven door José Huurdeman

Aanvullende informatie