Stars and stripes in Soesterberg: ‘Van onze sigaretten hadden de Amerikanen niet terug’
Veertig jaar lang, van 1954 tot 1994, wapperde de Amerikaanse vlag op Vliegbasis Soesterberg. Met de komst van de Amerikanen naar Soesterberg kwamen ook de Amerikaanse invloeden naar het dorp. Een goede zaak, vindt Frits Rijnders, de van oorsprong Limburgse vliegenier die op Soesterberg onder meer een eigen stuntteam aanvoerde. Een terugblik.
‘Ik ben geboren in Venlo, en ja, ik heb een stukje van de Tweede Wereldoorlog meegemaakt. Ik was 7 jaar toen de oorlog uitbrak, en 12 toen die eindigde. In Venlo was een vliegveld, gebruikt door Duitse nachtjagers. Daardoor is op de een of andere manier mijn interesse voor vliegtuigen gewekt. Na mijn middelbare school kwam ik onder de wapenen bij de luchtmacht en mocht ik naar de vliegeropleiding. Eerst een vrij strenge medische keuring, en daarna een psychotechnische keuring in Soesterberg, bij het Medisch Centrum. Ik leerde vliegen in de Tigermoth, een gele tweedekker. Daarna in vele andere vliegtuigen: de Harvard, de T-33, de Gloster Meteor, Hawker Hunter, de F86 Kaasjager, de Starfighter, de NF5, en als laatste de Friendship.’
Stuntteam
‘In 1957 werd mijn Hawker-squadron overgeplaatst naar Soesterberg. Ik heb er in mijn eerste periode vijf jaar gezeten, tot ’62. Ten tijde van het conflict in Nieuw-Guinea werd ik daar naartoe uitgezonden.’
‘Een herinnering aan die tijd: ik heb een eigen stuntteam gehad, het Hunter Stuntteam. Toen de Amerikanen een of andere feestdag hadden, nodigden zij de SkyBlazers uit, een stuntteam van de Amerikanen. Zij zouden een show geven. Wij werden als Hunter Stuntteam ook uitgenodigd. Maar helaas, bij hun show ’s middags was het weer zo slecht, dat ze het niet aandurfden met hun vliegtuigen. Zij konden geen verticale manoeuvre, een 'loop', maken. En de Hunter kon dat wel. We konden heel laag overkomen, met zijn vieren, en hup: daar ging 'ie. Dus eigenlijk stalen we een beetje de show. Dat was leuk. We werden als stuntteam daarna wel uitgenodigd in de officers club.’