Steensnijder Jacob van Dieden
Nierstenen zijn nog steeds geen pretje. In vroeger eeuwen was dat nog een graadje erger en ze kwamen vaker voor dan nu. Er werden middeltjes voorgeschreven om de steen te vergruizen, zoals het drinken van vossenbloed of het eten van een pudding van geitenbloed, maar of dat effectief was? Een andere optie was operatief verwijderen. In de achttiende eeuw woonde in Utrecht een meester chirurgijn en operateur die succesvol was als steensnijder: Jacob van Dieden of Diden.
Een operatie was niet zonder risico’s. Bij mannen werd er een insnede gemaakt tussen de prostaat en de anus, maar de wond genas niet altijd volledig. Niet zo vreemd, als je bedenkt dat chirurgijns meestal niet de moeite namen om het bloed van hun patiënten van hun messen te wassen. Niet uit luiheid, maar een begrip van bacteriën hadden ze toen nog niet. Infecties lagen dus op de loer. Kennelijk was Jacob van Dieden wel precies in zijn werk. Er zijn in ieder geval twee verklaringen bekend van patiënten die volledig genezen zijn. Beide patiënten woonden in Oudewater.