Vreeswijk, de thuishaven van de Utrechtse praam Simone
Vervoer van vuilnis, transport van hout voor zagerijen en van klei naar steenbakkerijen. Ook voor werkzaamheden aan grachten en singels kwam deze boot van pas. De Utrechtse praam was tot in de eerste helft van de vorige eeuw alom aanwezig op de Utrechtse wateren. Op talrijke foto’s staan deze lange, smalle schepen afgebeeld. Tegenwoordig zijn er niet veel meer. Bij de Museumwerf in Vreeswijk ligt sinds kort een exemplaar: de Simone, geschonken door Aannemersbedrijf B. van Hees.
Plat, smal en puntig toelopend met flink wat laadvermogen. Utrechtse pramen zijn zogenaamde twee-punters en kwamen voort uit de boerenaakjes. Met sommige Utrechtse pramen kon men zeilen, maar omdat dat in een stad vaak nogal moeilijk was, werden ze meestal voortgeduwd. Dat gebeurde bijvoorbeeld door te wegen of wegeren. Vanaf de wal stak men een lange stok in een speciaal aangebrachte sleuf in het voor- en achterdek (de wegering). Zo kon men het schip vooruit duwen. Dat kon ook door met een lange stok vanaf het dek op de bodem af te zetten, ook wel bekend als bomen. De eerste pramen waren gemaakt van hout, later van ijzer of staal, maar nog steeds gebouwd volgens het model van hun houten voorgangers. Later werd de praam wat groter, kreeg het een roef en een motor. Deze grote Utrechtse pramen of aken namen hun ongemotoriseerde zusters nog wel eens op sleeptouw.
De enige
De Utrechtse praam Simone is een echte zeldzaamheid. Er vaart nog één soortgelijk schip in Nederland, de Stille Kracht. Die heeft haar thuishaven in Leiden. Simone is een van de acht pramen die de firma Van Hees in de vorige eeuw liet bouwen. Simone, genoemd naar een familielid van Van Hees, was gemotoriseerd. Ze is bijna 14 meter lang, 2,25 meter breed en had een laadvermogen van een kleine 5 ton. Simone is enige Utrechtse praam die de firma had bewaard en is een van de vele Utrechtse pramen die in de eerste helft van de vorige eeuw op de wateren in en rond Utrecht voer. Haar maximale breedte werd bepaald door de doorgang onder de brug over de Vleutense Vaart bij de Leidsche Veer.