Vondst van de Schervendokter

Wereldberoemd jugendstil aardewerk uit Utrecht

5 min

Ongeglazuurde scherven met daarop potlood- en houtskoolschetsen van bloemen, insecten en vogels. Deze zijn gevonden tijdens archeologisch onderzoek aan de Vaartse Rijn in Utrecht. In de Faience- en Tegelfabriek ‘Holland’ werd bijzonder jugendstil aardewerk gemaakt tussen 1884 en 1905. In deze aflevering van Vondst van de Schervendokter vertelt onze huisarcheoloog Alexander van de Bunt over deze unieke art-nouveauscherven.

Tijdens de opgraving aan de Vaartse Rijn werd een kuil aangetroffen met ongeveer 5000 nog ongeglazuurde scherven van vazen, schalen, borden en ander serviesgoed. Op deze scherven stonden poltood- en houtskoolschetsen van gestileerde bloemen, soms gecombineerd met insecten en vogels. ‘Als archeoloog heb ik nog nooit zoiets gezien’, vertelt Alexander van de Bunt. ‘Archeologisch Nederland kreeg al eerder een voorproefje te zien van deze topvondst tijdens een congres. Deze vondst trok veel aandacht, zowel van archeologen als kunsthistorici.’

Beroemde ontwerpen in een kuil

Er zijn serviesontwerpen van de wereldberoemde architect Berlage gevonden en van meubelontwerper Jac. van den Bosch. ‘Een primeur, want er zijn weinig prototypes van dit soort aardewerk bewaard gebleven. De gevonden scherven bleken biscuit-modellen van art-nouveaukeramiek, schetsmatig beschilderd, maar ongeglazuurd en afgedankt voordat het een tweede keer is gebakken, zoals voor dit type gangbaar is. De schetsen zijn met potlood en houtskool aangebracht en hebben typische art-nouveaupatronen, veel florale motieven, afgewisseld met insecten en vogels. De staat van het materiaal doet vermoeden dat het prototypes waren waarop de decoraties werden getest. Deze verzameling geeft een nieuw beeld van hoe ontwerpen van deze serviezen tot stand kwamen. Ontwerpen die tegenwoordig in nationale en internationale musea zoals het Rijksmuseum te vinden zijn. Uiteindelijk moeten deze vondsten leiden tot verder en diepgaand onderzoek naar de collectie en het proces van het ontwerp.’

Archeologen staan voor een mysterie

Archeologen krijgen vrij weinig te maken met art-nouveau-aardewerk. Het is een stroming die als vrij recent wordt beschouwd en meer zou horen bij het domein van kunsthistorici. Niemand verwachtte dat tijdens een opgraving dergelijk materiaal aangetroffen zou worden. Deze bijzondere vondst roept overigens meer vragen op dan hij beantwoordt. Waarom is deze collectie ooit begraven? En waarom is alles kapot? Werd dit moedwillig gedaan? Gaat het hier om voorlopers van ontwerpen die later daadwerkelijk in productie zijn genomen? Verder onderzoek van dit serviesgoed moet deze vragen gaan beantwoorden. Een deel van het aardewerk is overgedragen aan de ArcheoHotspot in Castellum Hoge Woerd. Daar onderzoeken, reconstrueren en restaureren archeologen en vrijwilligers waar mogelijk de scherven.

Meehelpen in de ArcheoHotspot

De ArcheoHotspot is op woensdag, vrijdag en de weekenden van 12 tot 16 uur gratis te bezoeken, dan kun je zelfs meehelpen met het lopende onderzoek. Het uiteindelijke archeologisch onderzoek zal door archeologisch onderzoeksbureau RAAP worden verricht. De opgraving langs de Vaartse Rijn werd door RAAP-archeologen Rogier de Groot en Twan van Rooij geleid.

Geschreven door Alexander van de Bunt Archeoloog, schrijver en fotograaf Ontdek alle verhalen van deze schrijver

Aanvullende informatie

Ook iets gevonden?

Iedereen die een archeologische vondst doet, is wettelijk verplicht dit te melden. In Utrecht kan dit bij het Meldpunt Archeologie van Landschap Erfgoed Utrecht. Je helpt zo niet alleen mee de geschiedenis van de provincie in kaart te brengen, onze experts vertellen je bovendien graag meer over de achtergronden van je vondst.